‘Oliebollenkraam is geen sta-in-de-weg’

VLAARDINGEN – Dat de bekende oliebollenkraam niet meer achter Albert Heijn in het centrum mag staan heeft de Vlaardingse gemoederen behoorlijk beroerd. U reageerde massaal op dit bericht en een aantal raadsleden deed dat ook. Erik van Pienbroek van de ChristenUnie/SGP en Marnix Alderliesten van het CDA klommen in de pen en stelden er vragen over aan het college dat afgelopen week haar besluit bekend maakte.

Bij Erik van Pienbroek gingen de oliebollen er altijd wel in, maar het besluit niet: ,,Waar het college een paar weken geleden nog voluit van mening was dat alle ondernemers de vrijheid moeten krijgen om te ondernemen, zoals zij vinden dat het beste voor hen is, blijkt nu dat het college een ondernemer zomaar aan de kant schuift met de opmerking dat hij een STA-IN-DE-WEG is, het zicht bederft en de doorgang in het centrum belemmert.’’ En dat lijkt inderdaad een behoorlijke omslag, zeker als je bedenkt dat de oliebollenkraam er al langer staat en het nooit eerder echt een probleem was.

Het college vond dat de kraam niet past in de visie op een bloeiende binnenstad, maar Marnix Alderliesten vindt van wel: ,,Niet alleen is de binnenstad van Vlaardingen gebaat bij de ondernemers zoals de ondernemer van de oliebollenkraam, Vlaardingen en zeker de binnenstad is in de ogen van het CDA gebaat bij positieve impulsen en positief nieuws’’. Het besluit van de gemeente noemt ze daarbij ook bijzonder slecht gecommuniceerd en dat moet nou eens anders. Erik van Pienbroek is daarbij behoorlijk verbaasd dat het college op deze manier een ondernemer zomaar laat vertrekken. ,, Een ondernemer die eraan bijdraagt dat bezoekers juist naar het centrum komen of langer in het centrum blijven. Een ondernemer in het centrum waar wij juist graag ondernemers willen hebben!’’

Zowel Alderliesten als Van Pienbroek roepen de gemeente daarom op tot actie; in overleg gaan met de kraamhouder over een standplaats en ook heroverwegen om deze gewoon op de oorspronkelijke standplaats te laten staan. ,,Is het college echt van mening dat het zicht op een toilet of parkeergarage beter is dan het zicht op een gezellig verlichte oliebollenkraam met een rij consumenten ervoor?’’, zo vraagt Erik van Pienbroek zich af.

,,Politie, ondernemers, de eigenaar van het winkelvastgoed in de directe omgeving van de standplaats hebben de gemeente gevraagd om een andere locatie’’, zo staat er in het oorspronkelijke besluit van de gemeente. Het roept nogal wat vragen op, want zorgt de aanwezigheid van de kraam voor onveilige situaties? ’s Avonds zag je sowieso al niets vanaf het Veerplein van de ingang van de parkeergarage. Is de kraam ontsierend voor de omgeving? En welke ondernemers in de omgeving vinden dat de kraam weg moet en waarom? Het besluit van de gemeente lijkt niet stevig onderbouwd.