Een schandelijke dood en eeuwige rampzaligheid
- Redactie
- 03-02-2018
- Nieuws
Burgemeester Abraham Van Linden van den Heuvell doet rond de jaarwisseling van 1847/1848 een openbare oproep aan 'mijne ongelukkige stadgenooten' om toch vooral de jenever te laten staan omdat daar alleen ellende uit voortkomt.
Op eene der meest bezochte openbare plaatsen dezer stad zag men eenige dagen voor en na nieuwejaar eene schilderijlijst hangen, waarin, achter glas, met groote zeer in het oog vallende letters gedrukt stond: ,,Spiegel voor mijne ongelukkige stadgenooten, met den nieuwejaarswensch dat zij, dit aanschouwende en lezende, het jeneverdrinken toch nalaten en voor de rampspoedige gevolgen mogen gespaard blijven, welke deze in de hierop volgende tafereelen , zoo naar waarheid voorstellen.
De burgemeester der stad
Daar onder was elken dag ééne van de acht steendrukplaten met het daartoe behoorend bijschrift der onlangs uitgekomene Flesch geplaatst, terwijl op (den negenden dag de ruimte van beide laatsten was bezet door het navolgende, mede groot gedrukt , onderschrift:
Dat een iegelijk, die in dezen spiegel zijn beeld heeft moeten erkennen en aanschouwen nu toch eens ernstig overdenke de nadeelige gevolgen welke het jenever drinken zoo menigwerf heeft of hebben kan. Het zijn van trap tot trap: Huisselijke twist, — verwaarloozing van kostwinning, — toenemende armoede , — ligchamelijke verzwakking, — volslagen gebrek, — strafbare misdaad, — schandelijke dood, en daarna — eene eeuwige rampzaligheid.
De slaven van den jenever die door dezen spiegel nog afgeschrikt mogten zijn geworden en heden over een jaar, met goede bewijzen, kunnen staven, dat zij in het gansche jaar 1848 geen sterken drank hebben geproefd, kunnen daarvoor eene premie bekomen bij den burgemeester.